Home

Algemeen

Inleiding

Op het moment van schrijven van deze Kaderbrief hebben de 4 onderhandelende partijen net een hoofdlijnenakkoord gesloten voor een nieuw te vormen coalitie maar is er nog geen nieuw kabinet. Het is te vroeg om al een volledig oordeel te vellen over de voorgenomen plannen van het nieuw te vormen kabinet maar het lijkt al wel duidelijk dat het Rijk aan gemeenten geen volledige financiële oplossing gaat bieden voor de tekorten vanaf 2025. De VNG heeft in een eerste reactie op het hoofdlijnenakkoord ook al haar zorg uitgesproken over de mogelijke financiële effecten van het hoofdlijnenkoord en blijft de lijn volgen dat er voor gemeente voldoende financiële middelen moeten komen om alle taken uit te kunnen voeren ofwel in lijn met de motie van de gemeenteraad "Knaken bij de Taken". Zie link voor de VNG beschouwing: https://vng.nl/media/54386

Gemeenten moeten, ondanks het standpunt van de VNG, dus rekening gaan houden met mogelijke noodzakelijke bijstellingen van beleid om tot een structureel sluitende begroting te komen. Alle politieke kanalen in de richting van het Rijk wil de gemeente dan ook bewandelen om eventuele negatieve effecten van het hoofdlijnenakkoord tot een minimum te beperken.

Opnieuw is er dus sprake van een periode met veel financiële onduidelijkheden en daarmee onzekerheid. Onzekerheden waarop de meicirculaire 2024, vanwege het ontbreken van een nieuw kabinet, naar verwachting geen antwoord gaat geven en die het moeilijk maken om beleidsmatig de goede keuzes te maken. Duidelijkheid over de effecten van het hoofdlijnenakkoord verwachten wij op zijn vroegst in de septembercirculaire 2024 en daarom is het laatst vastgestelde begrotingssaldo als uitgangspunt genomen voor deze Kaderbrief.

Het college heeft onlangs de tussenevaluatie van het uitvoeringsprogramma vastgesteld en indien daarin sprake is van ontwikkelingen met een financieel effect zijn deze ook toegevoegd aan deze kaderbrief.

Het laatste begrotingssaldo dat door de gemeenteraad is vastgesteld, was op 21 maart 2024 bij de behandeling van de decembercirculaire 2023. Het saldo na verwerking van de decembercirculaire 2023 laat het volgende beeld zien.

Tabel 1 Financieel meerjarenperspectief op basis van vastgesteld begrotingssaldo 2025 - 2028

(Bedragen x € 1.000)

2025

2026

2027

2028

Saldo eerste vastgestelde begroting 2024

-281

-8.008

-7.481

-6.934

Begrotingswijzigingen tot medio april

647

482

492

495

Voorlopige resultaten 1e bestuursrapportage

-193

-986

-115

-101

Verwacht begrotingsresultaat

206

-8.512

-7.104

-6.535

In deze kaderbrief heeft het college op programmaniveau de beleidsmatige en financiële afwijkingen (al dan niet autonoom) geïnventariseerd die op de gemeente afkomen. De meicirculaire maakt hiervan nog geen onderdeel uit omdat deze nog niet is verschenen. De effecten van de meicirculaire ontvangt u via een raadsinformatiebrief zodat u de weging daarvan integraal kunt betrekken bij de beoordeling van de kaderbrief.
Voor de te hanteren technische uitgangspunten doet het college van B&W in deze kaderbrief voorstellen ter vaststelling en deze uitgangspunten vormen de basis voor het opstellen van de Programmabegroting vanaf 2025.

Tabel 2 Financieel meerjarenperspectief per programma op basis van de kadernota 2025 – 2028

(Bedragen in Euro's)

Programma's

2025

2026

2027

2028

01. Bestuurlijke zaken

PM

PM

PM

PM

02. Openbare orde en veiligheid

-45.000

-45.000

-45.000

-45.000

03. Dienstverlening

-44.000

-44.000

-44.000

-44.000

04. Omgevingskwaliteit

85.000

85.000

PM

PM

07. Duurzaamheid

-35.000

-35.000

-35.000

-35.000

09. Openbaar groen, water en infra

PM

PM

PM

PM

10. Grondzaken en vastgoed

-1.850.000

-1.850.000

-1.850.000

-1.850.000

11. Algemene Dekkingsmiddelen

500.000

500.000

500.000

500.000

12. Overhead

-633.563

-881.925

-881.925

-881.925

Eindtotaal

-2.022.563

-2.270.925

-2.355.925

-2.355.925

Structureel/incidenteel

Jaar 2025

Jaar 2026

Jaar 2027

Jaar 2028

Structureel

-2.082.563

-2.355.925

-2.355.925

-2.355.925

Incidenteel

60.000

85.000

PM

PM

Eindtotaal

-2.022.563

-2.270.925

--2.355.925

--2.355.925

Onderdeel van programma 10 zijn de algemene baten en lasten waarop o.a. de stelposten in de begroting worden opgenomen. Voor de gemeenschappelijke regelingen is in deze kaderbrief een stelpost opgenomen van € 1.000.000. Dit bedrag is gebaseerd op het gesaldeerde gemiddelde saldo van de stijging van lasten en baten in de afgelopen 3 jaar en nog niet op de begrotingen van de GR’en omdat deze nog niet zijn vastgesteld. Verder is in programma 10 een stelpost opgenomen voor loon- en prijsstijgingen van € 450.000 en is binnen dit programma het bedrag van € 400.000 opgenomen voor aanvullende duurzaamheids-maatregelen vastgoed.

Tabel 3 Financieel meerjarenperspectief van begrotingssaldo op basis van de kadernota 2025 - 2028

(Bedragen x € 1.000)

2025

2026

2027

2028

Verwacht begrotingsresultaat

206

-8.512

-7.104

-6.535

Inventarisatie kadernota 2025 - 2028

-2023

-2271

-2356

-2356

Resultaat op basis van kaderbrief

-1817

-10783

-9460

-8891

Meicirculaire 2024 op basis van de voorjaarsnota is nog niet verwerkt.

De in deze kaderbrief beschreven ontwikkelingen zijn inventariserend en rekening houdend met hetgeen eerder al geschreven is over het hoofdlijnenakkoord en de effecten van het ravijnjaar staat al bijna wel vast dat niet alle ontwikkelingen financieel in de begroting opgenomen kunnen worden omdat daarmee het begrotingstekort tot een enorme omvang zou oplopen. Het college kiest er echter wel voor om alle ontwikkelingen in deze kaderbrief in beeld te brengen. De kaderbrief is daarmee inventariserend.

Om tot een sluitende meerjarenbegroting 2025-2028 te komen moeten in de komende maanden dus keuzes gemaakt worden. Het college wil de focus houden op de ambities zoals afgesproken in het uitvoeringsprogramma ‘Groen en Duurzaam Doen! In eerste instantie wil het college daarom kijken naar de volgende mogelijkheden om tot een sluitende begroting te komen:

  1. De mogelijkheid van de inzet van technische oplossingen waaronder de mogelijke inzet van reserves;
  2. De eventuele bereidheid om risico's te nemen op onderdelen zoals wettelijke verplichtingen, juridische zaken, ICT en rechtmatigheid
  3. Het genereren van extra algemene belastinginkomsten;
  4. Het heroverwegen van uitgaven en investeringsbesluiten.

Ravijnjaar 2026
Bij de behandeling van de kadernota 2024 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen met als strekking om de raad bij de Kadernota 2025 te informeren over het eventuele effect dat het ontbreken van een oplossing van het Rijk voor het ravijnjaar 2026 zal hebben op het resultaat van de gemeentebegroting en welke realistische oplossingsrichtingen in dat geval mogelijk zijn. Een notitie met mogelijke oplossingsrichtingen voor het ravijnjaar is toevoegt als bijlage 2 bij deze kaderbrief.

Deze pagina is gebouwd op 05/29/2024 19:17:42 met de export van 05/29/2024 19:13:06